Terugblik op het afgelopen jaar + een beetje vooruit kijken
Gisteren hebben wij Laurens eerste verjaardag gevierd. Het was écht een feestje. Voor mij was dit een afsluiting van het eerste jaar. Het eerste jaar met Lauren, het eerste jaar als moeder. Door de start die we hebben gehad is het een ontzettend heftig jaar geweest. In deze blog blik ik terug op het afgelopen jaar. En kijk ik ook alvast een beetje vooruit.
Dromen vallen in duigen
Op woensdag 20 januari 2019 had ik een beetje last van mijn buik. Niets geks, geen regelmaat, dus ik ging lekker slapen. Morgen weer een dag. Dacht ik. Niet dus. Mijn vliezen braken en om 00:31 op 21 februari is Lauren thuis geboren.
Ben je benieuwd naar het hele verhaal? Klik dan hier.
Op dat moment stapten wij in de achtbaan. Waar ik tijdens de zwangerschap, net zoals elke andere moeder, mooie gedachtes en ideeën had over de kraamtijd, kwam daar natuurlijk niets van terecht.
Lauren werd naar het academisch ziekenhuis gebracht, waar ze in een couveuse lag. Gelukkig kon en mocht ik wel met haar buidelen, en Oscar ook. Maar na het knuffelen moesten we haar weer terugleggen en gingen wij met lege handen en een lege buik naar huis. Dit was zó niet hoe ik de kraamweek had voorgesteld.
Ik wilde graag thuis zijn, met een baby. Oefenen met borstvoeding. Beschuit met muisjes eten. Haar showen aan haar opa’s en oma’s en ooms en tantes. Ik wilde urenlang knuffelen, wanneer we wilden. Ik wilde haar mooie kleertjes aantrekken die we hadden uitgezocht. Ik wilde haar leren kennen.
In plaats daarvan gingen we twee keer per dag naar het ziekenhuis. Buidelden we om beurten en verzorgden we haar waar we konden. Haar opa’s en oma’s, ooms en tantes zagen haar voor het eerst door het raampje van de couveuse. Ze zat vast aan allerlei snoertjes en draadjes. En ze was te klein voor borstvoeding. Lauren kreeg mijn melk via de sonde. En ’s nachts lieten we haar daar achter.
Het voelde als thuis
Gelukkig heb ik hele positieve herinneringen aan het ziekenhuis. Na een paar dagen ging het zo goed met Lauren dat ze van de NICU naar het ziekenhuis in Nieuwegein mocht (post-ic). Daar heeft ze meer dan 5 weken gelegen en daar kijk ik positief op terug. Het was daar een oase van rust, we hadden er de ruimte en de verpleegkundigen waren ontzettend lief. Het was echt een beetje ons thuis geworden in die periode.
Ook Lauren deed het supergoed. Naast wat standaard hobbeltjes zoals geel zien en saturatiedipjes, ging het elke dag een beetje beter met haar. Ze groeide goed, één voor één konden de snoertjes verwijderd worden. Ze dronk haar flessen goed. Borstvoeding wilde nog niet lukken, maar zo kreeg ze in ieder geval mijn melk.
Na meer dan 6 weken mocht Lauren mee naar huis. Oh, dat was spannend vond ik. Want alles wat we in het ziekenhuis geleerd hadden, moesten we nu zelf thuis doen. Er was geen achtervang meer (hoewel we natuurlijk altijd het ziekenhuis mochten bellen).
Beetje bij beetje wenden we aan elkaar, wende Lauren aan haar eigen bed en huis en aan ons gezamenlijke ritme. Het ging super! Familie kwam op kraamvisite en iedereen was tot over haar oren verliefd op haar.
Lees hier meer over onze ziekenhuisweken.
Ze ademt niet meer!
Op woensdagochtend, 17 april 2019, haalde ik Lauren ’s ochtends uit haar bed om te verschonen en haar een flesje te geven. Toen ik haar op het verschoningskussen wilde leggen, zag ik dat ze niet ademde. Ze wilde wel, maar ze kreeg geen lucht in haar longetjes! Ik prikkelde haar, zoals we in het ziekenhuis hebben geleerd, maar dat hielp niet.
Oscar was beneden aan het werk en ik schreeuwde naar hem: “Oscar, ze ademt niet meer!” Hij kwam naar boven gerend en heeft direct 112 gebeld. De meldkamer heeft ons heel goed geholpen en op hun aanwijzingen zijn we haar gaan reanimeren. Oscar drukte op haar borstkasje en ik heb een paar keer in haar mond en neus geblazen.
Op de achtergrond hoorden we de eerste sirenes al loeien en niet veel later reed de eerste politieauto de straat in. Lauren rochelde op dat moment gelukkig een beetje en Oscar rende naar beneden om de deur open te doen. De agent met de AED in zijn hand, zag dat Lauren weer wat lucht kreeg en bewoog, dus reanimatie was niet meer nodig. Hij meldde de helikopter af.
Politieauto 2 en 3, een brandweerauto, een politiemotor en twee ambulances stonden ook binnen enkele minuten op de stoep. Lauren werd nagekeken door de arts en ze begon te huilen en te hoesten. Een slijmprop zo groot als haar vuistje kwam naar buiten. Dát had haar waarschijnlijk dwars gezeten.
Vanwege haar vroeggeboorte moest ze toch mee naar het ziekenhuis, omdat ze andere zaken wilden uitsluiten. Dus hop, we gingen de ziekenauto in en op naar de kinderafdeling in het voor ons zo bekende ziekenhuis. Daar is Lauren weer aan de monitor gelegd, is er een hartfilmpje gemaakt en zijn er kweekjes afgenomen.
Gelukkig mochten Oscar en ik die nacht bij haar blijven en hebben we met z’n drieën in het ziekenhuis geslapen. Er kwam helemaal niets uit de testjes die ze bij Lauren hebben gedaan, wat goed nieuws is. Er was dus niets met haar hartje aan de hand en er waren geen ‘grote’ virussen gevonden. Conclusie: Lauren is verkouden. We kregen medicijnen om de verkoudheid tegen te gaan en het slijm minder taai te maken. Donderdagochtend werd Lauren ontslagen en gingen we weer naar huis toe.
Banger dan ooit
Ontzettend blij, maar ook banger dan ooit. Want want als dit opnieuw gebeurt? Ze is immers nog steeds verkouden. Wat als ik er dan niet bij ben en haar niet kan redden? Wat als ze dan doodgaat? Wat als ik haar dood in haar wiegje vind? Allerlei gedachten gingen dag en nacht door mijn hoofd.
Ik liet haar nauwelijks alleen, en als ik haar alleen liet dan stond de babyfoon met camera en geluid aan. Bij elk prutteltje, elk kuchje, elk zuchtje, stond ik weer aan haar bed. Maar ook als ze te stil was, moest ik checken of ze nog wel ademde. Ik keek dan naar haar borstkasje of hield mijn vinger onder haar neus. Zelfs een keertje heb ik haar (zachtjes) geport zodat ze zou gaan bewegen. Alles om de bevestiging te krijgen dat ze nog ademt en leeft.
Ons ritme aanhouden lukte prima, ik ging door op mijn nuchtere ratio. Tegen mezelf zei ik: ‘Dit kan gebeuren, meerdere baby’s hebben dit wel eens zei de kinderarts. Ik moet me niet aanstellen, het gaat nu toch weer goed?’ Maar ik merkte ook aan mezelf dat ik afstand nam van Lauren.
Een beetje overdreven uitgelegd, maar ik dacht dat als ik me niet aan haar zou hechten en mocht ze er dan toch tussenuit piepen dan heb ik er minder pijn en verdriet om. I know, een bizarre gedachte en dat had ik gelukkig snel door.
Mijn hoofd heeft hulp nodig
Dit gaat niet goed. Dit hoort niet zo. We hebben ontzettend veel meegemaakt en ik móet hierover gaan praten om het te verwerken. Als ik dat niet doe, komt het vroeg of laat om de hoek kijken en wie weet hoe heftig het dan is. Ik wil hier niet in blijven hangen.
Dus ik belde de medisch maatschappelijk werker van het ziekenhuis. Ik heb al eens eerder met hem gesproken op de neonatologie. Gelukkig kon ik snel bij hem terecht. Het afgelopen jaar heb ik zo’n zes keer met hem gepraat. Ook heb ik een gesprek gehad met een orthopedagoge.
Bij hem kwam ik erachter dat ik veel verdriet heb om wat er niet is geweest door haar vroeggeboorte. Geen verlof, geen babyshower, geen spanning voor de bevalling, geen kraamweek, geen intensief moeder-dochtercontact de eerste periode, geen borstvoeding proberen. Dit vond (vind) ik vooral heel jammer voor Lauren, maar ook voor mezelf. Ik had het ons allebei zo ontzettend gegund.
Dat voelde wel eens heel egoïstisch, want ik heb toch nu een gezonde baby? Daar gaat het toch om? Maar dit verdriet mag er zijn. Wat alle andere mensen ook denken of zeggen. Dit is mijn verdriet, mijn gevoel en als ik daar verdrietig om ben, dan mag dat. Het ís ook ontzettend heftig geweest. Als je het niet hebt meegemaakt weet je niet wat het met je doet. En daarnaast, iedereen gaat er anders mee om en dat is oké.
Ook heb ik van hem geleerd om op zoek te gaan naar de blije gevoelens en herinneringen als ik me verdrietig voel. Ben ik trots op Lauren? Nou en of. Word ik vrolijk als ze me herkent en naar me lacht? Zeker weten. Die positiviteit kan ik nu inzitten om mezelf uit zo’n verdrietig dalletje te halen.
En niet dat die dalletjes er niet mogen zijn hè, of dat ik er zo snel mogelijk weer uit moet. Maar soms is het niet het juiste moment om in zo’n dalletje te zitten. Want die dalletjes zullen altijd blijven. Die zijn niet verdwenen na een jaar en ook niet na 20 of 50 jaar. Ze zullen minder diep worden, minder lang en minder scherp.
Dankbaar en trots
Het afgelopen jaar hebben deze twee woorden een belangrijke plek in mijn leven gekregen. Om heel veel verschillende redenen:
Ik ben óntzettend dankbaar dat we in Nederland wonen, dat we hier zo’n geweldig zorgstelsel hebben, dat we de medische zorg met z’n allen betalen en dat medici hier zo ontzettend goed zijn opgeleid. Alle hulpdiensten, artsen, verpleegkundigen en andere professionals hebben Lauren in leven gehouden en daar ben ik hen tot in mijn kleine teen dankbaar voor.
(Zullen we hen dan ook alsjeblieft goed behandelen en betalen? #zorgstaking)
Voor als je het interessant vindt: Laurens zorg heeft in de eerste twee maanden van haar leven meer dan €50.000 gekost, los van mijn zorgkosten. Stel dat je dat zelf moet ophoesten als je niet verzekerd bent..
Ik ben dankbaar voor Lauren. Dat zij onze dochter is en zo ontzettend sterk. Dat laat ze keer op keer zien. Ik ben ook heel trots op haar. Wat zij in de eerste periode van haar korte leventje heeft doorgemaakt en hoe ze zich daardoorheen heeft geslagen. Ik vind het knap!
Ik ben dankbaar voor en trots op Oscar. Ondanks dat hij nog midden in zijn MBA zat, is hij er altijd geweest voor Lauren en voor mij. Studeren deed hij in het ziekenhuis, na een werkdag ging hij mee naar het ziekenhuis om bij Lauren te zijn, ’s ochtends vroeg eruit en ’s avonds laat naar bed, altijd zijn vrolijke en relativerende zelf en hij was (is!) mijn favoriete schouder om op uit te huilen als er weer eens zo’n dalletje is. Lauren zegt al een beetje ‘papa’, dat zegt genoeg.
En weetje, ik ben ook retetrots op mezelf. Hoe ik dit jaar ben doorgekomen. Hoe ik zelf hulp heb gevraagd en hoe ik me weer omhoog heb geknokt dit jaar. Ik kan oprecht zeggen dat het goed met me gaat. Ik werk weer, doe weer leuke dingen en sport weer. De gebeurtenissen van een jaar geleden overheersen mijn leven niet meer, maar zijn een deel ervan. Ik ben mama van Lauren, we zijn een gewoon gezin met een wolk van een dochter. Toevallig zijn we dit avontuur in het ziekenhuis gestart, maar het is ons avontuur.
Het heeft me ook sterker gemaakt, want als we dit aankunnen dan kunnen we heel veel andere dingen ook wel aan. Het heeft me lessen geleerd, dingen in perspectief leren plaatsen en prioriteiten leren stellen. Het afgelopen jaar heeft me gevormd.
Een tweede kindje
Nu Lauren bijna een jaar is, merk ik dat we de vraag steeds vaker krijgen. Ik ben er best open over, dus ik antwoord dan altijd eerlijk. Ik hoop ooit dat het ons gegeven is om een tweede kindje te mogen krijgen. Vroeger zei ik altijd dat ik ze relatief dicht op elkaar zou willen krijgen, maar daar ben ik van teruggekomen.
Wel wil ik nu eerst een jaar geen gekkigheid. 2020 wordt een rustig en stabiel jaar. Een jaar waarin ik verder aan mezelf kan werken (mentaal en fysiek), waarin we genieten van Lauren en de volledige aandacht voor haar hebben. Waarin Oscar en ik wat vaker uit de papa- en mamamodus stappen en met z’n tweeën iets leuks gaan doen.
Daarnaast, mochten we ervoor kiezen om voor een tweede kindje te gaan, start die wens met een afspraak in het ziekenhuis. Omdat we niet precies weten waarom Lauren te vroeg is geboren, weten we ook niet hoe groot de kans is dat het weer gebeurt. Daarom wil ik samen met de gynaecologe een plan maken. Hoe gaan we ervoor zorgen dat dat kindje tot tenminste 37 weken blijft zitten?
Want, ik weet niet hoe en óf ik het trek als het nog een keer misgaat. En dat kan je nooit 100% uitsluiten. Alle scenario’s wil ik doorgesproken en voorbereid hebben. Het moet dan zo goed voelen dat ik ervoor durf te gaan. Zodat er geen zorgen zijn tijdens de zwangerschap, zodat ik me goed voel en niet constant bang hoef te zijn. Want anders zijn het 9 hele lange maanden. En dat gun ik het kindje en mezelf niet. Al tijdens de zwangerschap wil ik met hem/haar een band opbouwen en ik geloof dat dat het beste gaat als je geniet van het leven dat in je groeit.
Maar goed, nu eerst 2020. Ik heb er zin in ?.
Dank je wel voor het lezen van dit lange verhaal en van mijn hersenspinsels. En dank je wel voor alle steun die we hebben ontvangen vorig jaar. Ik heb het al eerder gezegd, maar dat heeft ons zó goed gedaan. Alle felicitaties, medeleven en schouderklopjes waren fijn om te ontvangen.
Liefs Aaf
3 gedachten over “Terugblik op het afgelopen jaar + een beetje vooruit kijken”
Lieve Aafke,
Jouw hele verhaal en beleving gelezen te hebben was en ben ik (wij) ontzettend trots op jou (jullie) zoals jullie het allemaal hebben gedaan en bezig zijn met de verwerking. Het van je af schrijven, praten, professionele hulp gezocht en gevonden. Ook goed dat je je kwetsbaarheid laat zien/lezen en hoe je hiermee probeert om te gaan. Op moeilijke momenten die er zijn geweest en ook nog komen, kijken naar dingen die je blij en trots maken. En dan vandaar proberen verder te gaan. Dat is een manier om door het leven te gaan, erg mooi zoals je die hebt gevonden. Vanaf een afstand en soms dichtbij hebben we met jullie meegeleefd en geprobeerd te steunen waar dat mogelijk was. De letterlijke afstand maakt het wel lastig maar dat is een gegeven.
Wij waren gisteren super trots op jullie mooie dochter, ons eerste kleinkind Lauren Maartje de Boer. Zeker toen ze met de 1 heerlijk zat te stralen en het middelpunt was. Het komende jaar blijven we samen met jullie genieten van de ontwikkelingen die gaan komen: tandjes, stapjes, haar eerste woordjes en hopelijk nog veel meer.
Lieve Aafje we houden van jou, van Oscar en van Lauren ❤️
?