Omdat Lauren geboren is met 31 weken, wordt zij het eerste jaar gevolgd en begeleid door een fysiotherapeute van het ToP-programma. Het afgelopen halfjaar hebben we al heel veel tips gekregen van haar die ook zeker toepasbaar zijn bij à terme baby’s. Die wil ik je niet onthouden, want wellicht hebben jij en jouw baby er ook iets aan.

Wat is het ToP-programma?

Het ToP programma® is een interventieprogramma voor zeer vroeg geboren kinderen en hun ouders, na ontslag uit het ziekenhuis. Ouders worden in de thuissituatie gesteund door een ToP therapeut om op een positieve manier in te spelen op de signalen en behoeften van hun kind. Samen met de ToP therapeut kijken ouders naar het gedrag (lichaamstaal) van het kind: waar is het kind aan toe, wat kan het kind al zelf en waar heeft hij hulp bij nodig en hoe kunnen ouders die hulp geven, met als doel de ontwikkelingsmogelijkheden van het kind te vergroten.

(Bron: www.hetklikt.nu/top)

Sommige vroeggeborenen zijn bijvoorbeeld erg overprikkeld of juist erg slap. Als je bedenkt dat er in de eerste periode van het leven hele belangrijke verbindingen in de hersenen worden gelegd, snap je vast dat het belangrijk is voor een baby om zich op zijn gemak te voelen. Dan kan het zich goed ontwikkelen en hebben ze minder last van hun vroeggeboorte in hun verdere levens. Verzekeraars hebben de ToP therapie dan ook omarmd en opgenomen in het basispakket.

Tips van onze TOP therapeute

Al in het ziekenhuis kwam de fysiotherapeute langs om ons tips te geven hoe we Lauren het beste konden helpen in haar ontwikkeling. Waar in het ziekenhuis de nadruk vooral lag op Lauren op haar gemak stellen, ligt die nu thuis meer op haar ontwikkeling. We krijgen heel veel bruikbare tips van haar en een paar daarvan deel ik hieronder. Wie weet werkt het ook voor jullie.

Troosten: Houd de handjes bij de mond
Al in de couveuse hielden wij Laurens handjes bij haar mond, bijvoorbeeld tijdens het verschonen. Voor een baby is dit de houding om rustig te worden. Het voelen en proeven van de handjes is de manier om zichzelf te troosten. Het weerhoudt haar er ook van om te schrikken en haar armpjes uit te gooien; het Moro-reflex. Toen Lauren ietsjes ouder werd en kon huilen (ja, eerst kon ze niet huilen, daar was ze te jong voor), werd ze weer rustig als we haar handjes bij haar mond hielden.

Geborgenheid: Met een doek in het badje de eerste weken
In bad gaan is een heel gek gevoel voor baby’s. Het grenzeloze voelt heel weids voor ze. Je zou denken dat het op de baarmoeder lijkt, maar dat is niet zo. Ze hebben juist geborgenheid en begrenzing nodig. Houd daarom de voetjes van je baby tegen de badrand aan en wikkel je kleintje in een hydrofiele doek waarmee je hem in het water laat zakken.

Aankleden: Rollen in plaats van tillen
Ook dit heeft met geborgenheid en begrenzing te maken. Als je je baby optilt is hij het contact met de ondergrond kwijt. “Waar ben ik!?”. Door tijdens het aankleden je kleintje te laten rollen, behoudt hij altijd contact met het aankleedkussen. Dit doe je door je hand tussen de beentjes te plaatsen: plaats je duim aan de onderkant bij de billen en je vier vingers bovenop. Gebruik je linkerhand om je baby naar links te rollen en je rechterhand om je baby naar rechts te rollen.

Dus: Eerst het linker armpje in het shirtje, dan rol je je baby op zijn rechterzij, dan “prop” je de rest van het shirtje onder het ruggetje. Dan rol je hem de andere kant op en trek je het shirtje onder je baby vandaan en ga je verder met aankleden. Je moet er even handigheid in krijgen, maar als je het eenmaal doorhebt is het echt de moeite waard!

Boertje laten: met de armen over jouw schouder
Tijdens het drinken (aan de borst of aan de fles) hapt je baby lucht mee. Door goed aanleggen en de juiste flestechniek kan je dit tot een minimum beperken, maar toch krijgen ze áltijd lucht binnen. Een boertje zorgt ervoor dat alle lucht uit het maagje gaat en je baby minder last heeft van zijn darmpjes.

Je moet je even realiseren dat een baby makkelijker kan boeren als zijn slokdarm recht /uitgestrekt is. Jij richt je toch ook op als je een boer moet laten? Door je baby onder zijn oksels op te tillen en met zijn armpjes over je schouder te leggen, strekt hij zijn borstkas en dus ook zijn slokdarm. Gegarandeerd dat dat boertje binnen no-time eruit is. *Burp*

Nestje: Maak van een voedingskussen en een doek een lekker ligplekje
In een regulier nestje ligt je baby vlak. Een prima houding om te slapen en zo’n nestje ligt ook nog eens erg geborgen. Maar wil je je kleintje een beetje helpen in het ontdekken van zijn eigen handjes en het zelf-troosten (met de handjes bij de mond), dan is een nestje maken van een voedingskussen en een grote doek een goede tip.

Vouw het voedingskussen dubbel en knoop er een grote hydrofiele doek omheen. Maak met je hand een klein kuiltje onder de ronding van het kussen, door de doek ietsjes naar beneden te duwen. Je maakt een soort hangmatje. Hierin kan je baby heerlijk liggen.

Door de ronde vorm van het kussen worden de schouders van je baby een beetje naar voren gedrukt. Hierdoor kan hij makkelijker zijn handjes bij elkaar houden of naar een knuffeltje aan de mobiel boven reiken.

Reiken: Simuleer ook de niet-voorkeurs arm/hand
Zodra je baby speeltjes probeert te pakken, zul je zien dat hij een voorkeurshand heeft. Natuurlijk moet er ook de andere arm geoefend worden. Leg je baby daarom op verschillende manieren in de box, zodat hij soms met links naar zijn mobiel of een speeltje reikt en soms met rechts.

Het eerste lepeltje: de zachte siliconen lepel van de Hema
Is je baby 4 maanden oud? Dan kan je voorzichtig beginnen met oefenhapjes. We kregen de tip om te beginnen met het lepeltje van de Hema, want deze is zacht. Ik heb het zelf even getest bij Lauren en ze eet inderdaad makkelijker van het zachte lepeltje dan van een harde.

Rollen: Begeleid de bekken (niet de romp) en strek het onderste beentje
Oh wat is dat rollen leuk zeg! Lauren heeft een hele tijd zelf geprobeerd te rollen, maar helemaal zelf lukte het nog niet zoals je ziet op de foto. We hielpen haar dan door haar te draaien bij de heupen. Ze moet dan zelf haar armpje neerzetten en haar hoofd optillen om op haar ellebogen te landen. Maar dat gaat dan eigenlijk vanzelf.

Door het strekken van de heup/bovenbeen en dat te kantelen, draait de romp vanzelf mee. Hierdoor heeft hij zelf veel meer gevoel bij het rollen, dan als “duwt”. Van buik naar rug help je je baby wel voorzichtig in de rug en ondersteun je het hoofdje. Rol hem eerst naar zijn zij en laat je baby zelf zijn hoofd neerleggen. Daarna rol je hem door op zijn rug.

Wij zijn superblij met alle tips die we van onze fysio krijgen. Ze maakt ook nog eens elke keer een verslagje met foto’s die ze ook met ons deelt. Ze hebben we een soort ontwikkelingsdagboek van Lauren. Af en toe blader ik er nog wel eens in terug. Wat heeft ze al veel geleerd. En dat wordt alleen maar meer! Ik hoop dat jij ook wat aan deze tips hebt.
Liefs Aaf